Wie heeft de cowboyhoed uitgevonden?

Wat komt er in je op als je aan een cowboy denkt? Cowboylaarzen en lasso’s, paarden en rodeo’s? Van alle dingen die met het leven op het land worden geassocieerd, is er misschien geen klassieker dan de cowboyhoed.

Hoewel mannen te paard al breedgerande hoeden droegen sinds de Mongoolse ruiters in de 13e eeuw, vond John B. Stetson de moderne Amerikaanse cowboyhoed uit. Stetson’s hoed, bijgenaamd “Boss of the Plains,” werd voor het eerst vervaardigd in 1865.

De hoed had een rechthoekige kroon met afgeronde hoeken en een platte rand. Hij was licht van gewicht, waterdicht en verstelbaar. Het ontwerp van Stetson was waarschijnlijk geïnspireerd op de breedgerande hoeden die werden gedragen door de werkende cowboys (bekend als vaqueros) van Noord-Mexico.

De legende gaat dat Stetson’s uitvinding van de cowboyhoed begon als een grap. Tijdens een jachtpartij vermaakte Stetson zijn medejagers door een doek te maken van de vacht van dieren die ze hadden gevangen.

Door de vacht in kokend water te dompelen en met zijn handen te kneden, creëerde hij een soort glad, zacht vilt, dat veel weg had van het materiaal waarvan de meeste cowboyhoeden vandaag de dag nog steeds zijn gemaakt.

Toen Stetson klaar was met het maken van zijn vilten vacht, maakte hij er een hele grote hoed van, die hij de rest van de reis voor de grap droeg. Hij realiseerde zich echter al snel hoe goed de hoed hem beschermde tegen de regen en de felle zon.

Hij begon na te denken over het op de markt brengen van zijn nieuw uitgevonden accessoire, en de cowboyhoed was geboren!

Moderne cowboyhoeden zijn vrijwel gelijk gebleven aan het oorspronkelijke ontwerp, hoewel sommige dragers hun hoeden aanpassen. Door hete stoom toe te passen, kan men de vorm van de rand en de kroon van de hoed veranderen.

Als de hoed afkoelt en droogt, behoudt het vilt zijn nieuwe vorm. Op sommige plaatsen kan men aan de vorm en de vouwen van de hoed zien waar iemand vandaan komt of bij welke ranch hij werkt.