Supinator
On november 6, 2021 by admin – Discussie:
– oorsprong:
– laterale epicondylus van humerus, radiale collaterale band van elleboog, annulaire ligamenten van radius en de supinator crest van ulna;
– insertie:
– schuine lijn op het laterale anterieure oppervlak van het bovenste 1/3 van het spaakbeen;
– supinator bedekt het bovenste derde deel van het spaakbeen;
– werking: supineert de onderarm;
– zenuwvoorziening: radiale (PIN-tak), C5, C6
– PIN levert ECRB- en supinatorspieren alvorens de arcade van Froshe binnen te gaan;
– PIN-brace loopt door de substantie van de supinator, en loopt tussen de oppervlakkige en diepe koppen van de spier;
– synergisten: biceps brachi
– humerusfractuur:
– bij humerusfractuur moet radiale zenuwverlamming worden vastgesteld;
– eerste takken distaal van de plaats van de fractuur zijn ECRB & supinator
Tendon transfer. Biomechanische vergelijking van 3 Tendon Transfers voor Supinatie van de Onderarm.
De twee locaties van ganglions die radiale zenuwverlamming veroorzaken.
MR imaging features of radial tunnel syndrome: initial experience.
Superficial surgical landmarks for identifying the posterior interosseous nerve.
MRI diagnosis of occult ganglion compression of the posterior interosseous nerve and associated supinator muscle pathology.
Anatomische en morfometrische studie van de arcade van Frohse in cadavers.
Anatomisch patroon van de eindtakken van de n. interosseus posterior.
Het annulaire ligament: een anatomische studie.
Onderzoek van twee mogelijke compressieplaatsen van de diepe tak van de n. radialis en zenuwvoorziening van de m. extensor carpi radialis brevis.
De anatomische relatie tussen de n. interosseus posterior en de m. supinator.
Extensiele posterieure benadering van het spaakbeen.
Geef een antwoord