Meyer Lansky

Maier Suchowljansky (Meyer Lansky), zoon van Joodse ouders, werd geboren in Grodno, Rusland (nu in Polen) op 4 juli 1902. Het gezin verhuisde in 1911 naar de Verenigde Staten en vestigde zich in New York. Na het verlaten van de school ging hij in de leer als gereedschapsmaker.

In 1920 ontmoette Lansky Bugsy Siegel en Lucky Luciano. De drie jonge mannen raakten betrokken bij de misdaad en tegen de jaren 1920 had Lansky zijn eigen bende en was betrokken bij de smokkel en de bescherming.

Lansky werkte ook voor de belangrijkste misdaadbaas van New York, Joe Masseria. In 1931, Lansky samen met andere bendeleden, Lucky Luciano, Bugsy Siegel en Albert Anastasia, bij de moord op Masseria.

In 1936 zette Lansky gokoperaties op in Florida, New Orleans en Cuba. Hij was ook de belangrijkste investeerder in het Flamingo Hotel en Casino dat door Bugsy Siegel in Las Vagas was begonnen. Hij regelde de executie van Siegel in juni 1947 toen hij ervan overtuigd raakte dat zijn partner met de boeken knoeide.

Tegen de jaren ’60 was Lansky betrokken bij drugssmokkel, pornografie, prostitutie en afpersing. Hij had ook zwaar geïnvesteerd in legale bedrijven, zoals hotels en golfbanen. In die tijd schatte men dat zijn totale bezit $300.000.000 waard was.

In 1970 werden plannen gemaakt om Lansky te arresteren op verdenking van ontduiking van inkomstenbelasting. Toen Lansky het nieuws hoorde vluchtte hij naar Israel. Hij werd uiteindelijk gearresteerd en keerde terug naar de Verenigde Staten, maar in 1973 werd hij vrijgesproken van het ontduiken van inkomstenbelasting. Andere aanklachten werden opgegeven vanwege Lansky’s slechte gezondheid.

Meyer Lansky stierf aan longkanker in Miami Beach, Florida, op 15 mei 1983. Men schat dat Lansky bij zijn dood meer dan $400 miljoen waard was.