19.3A: Natural Selection and Adaptive Evolution
On oktober 19, 2021 by adminAn Introduction to Adaptive Evolution
Natural selection only acts on the population’s heritable traits: selecting for beneficial alleles and, thus, increasing their frequency in the population, while selecting against deleterious alleles and, thereby, decreasing their frequency. Dit proces staat bekend als adaptieve evolutie. Natuurlijke selectie werkt echter niet op afzonderlijke allelen, maar op hele organismen. Een individu kan een zeer gunstig genotype dragen met een fenotype dat bijvoorbeeld het vermogen tot voortplanting (vruchtbaarheid) verhoogt, maar als datzelfde individu ook een allel draagt dat resulteert in een dodelijke kinderziekte, zal dat vruchtbaarheidsfenotype niet aan de volgende generatie worden doorgegeven omdat het individu de voortplantingsleeftijd niet zal bereiken. Natuurlijke selectie werkt op het niveau van het individu; het selecteert voor individuen met grotere bijdragen aan de genenpool van de volgende generatie, bekend als de evolutionaire fitness (of Darwiniaanse fitness) van een organisme.
Fitness is vaak kwantificeerbaar en wordt gemeten door wetenschappers in het veld. Het is echter niet de absolute fitheid van een individu die telt, maar eerder hoe deze zich verhoudt tot de andere organismen in de populatie. Dit concept, dat relatieve fitness wordt genoemd, stelt onderzoekers in staat te bepalen welke individuen extra nakomelingen bijdragen aan de volgende generatie en zo te bepalen hoe de populatie zich zou kunnen ontwikkelen.
Er zijn verschillende manieren waarop selectie de populatievariatie kan beïnvloeden:
- stabiliserende selectie
- gerichte selectie
- diversificerende selectie
- frequentie-afhankelijke selectie
- seksuele selectie
Naarmate natuurlijke selectie de allelfrequenties in een populatie beïnvloedt, kunnen individuen genetisch meer of minder op elkaar gaan lijken en kunnen de getoonde fenotypen meer op elkaar gaan lijken of meer uiteen gaan lopen. Uiteindelijk kan natuurlijke selectie geen perfecte organismen uit het niets voortbrengen, maar alleen populaties die beter zijn aangepast om in hun omgeving te overleven en zich met succes voort te planten door middel van de bovengenoemde selecties.
Galápagos met David Attenborough: Tweehonderd jaar nadat Charles Darwin voet zette op de kust van de Galápagos Eilanden, reist David Attenborough naar deze wilde en mysterieuze archipel. Tussen de flora en fauna van deze betoverende vulkanische eilanden, formuleerde Darwin zijn baanbrekende theorieën over evolutie. Reis met Attenborough mee om te ontdekken hoe het leven op de eilanden zich in biologisch isolement is blijven ontwikkelen, en hoe het steeds veranderende vulkaanlandschap soorten en ondersoorten heeft voortgebracht die nergens anders ter wereld voorkomen.
Geef een antwoord